Geschreven door Maxime Prenger
“Mijn pijn”
van wielrenner sven mulder
Een boek met de titel “Mijn Pijn”, dat moet wel een interessant verhaal zijn. Ik stuurde Sven Mulder een DM op Instagram om een kopie te bemachtigen, want dat kan anno 2021. Een jonge schrijver, zeventien bijna achttien, die een boek schrijft over zijn ervaring als topsporter.
Dit moest ik lezen. Ik greep mis, de eerste druk was net uitverkocht. Kleine twee weken later viel het 56 pagina tellende boekje op de mat. Ik las het in één ruk uit. Ik wilde meer weten over de jongen achter het boek en de verhalen die het boek niet hebben gehaald. Waarom geeft een jongen van zeventien jaar zijn eerste boek de titel: “Mijn Pijn”? Hoe gaat het nu met hem? Heeft hij nog liefde voor de fiets? Op zoek naar antwoorden, maakte ik met Sven een Zoom afspraak. Aan de andere kant van het scherm zat een volwassen sporter. Net achttien geworden, maar al tien jaar onafscheidelijk van de fiets.
Ik heb laatst opgeteld hoeveel wedstrijden ik achter elkaar niet heb gewonnen. Dat zijn er ruim 1000, maar ik ben er niet ongelukkig door. Ik ben erachter gekomen dat winnen niet alles is.
“Ik heb laatst opgeteld hoeveel wedstrijden ik achter elkaar niet heb gewonnen. Dat zijn er ruim 1000, maar ik ben er niet ongelukkig door. Ik ben erachter gekomen dat winnen niet alles is.” En dit triggert wat bij mij. Vooral in een sportklimaat, waar de winnaar wordt geprezen en wiens verhaal wordt gehoord, maar de naam van de renner die als 58e over de meet rolt, wordt vergeten. Een klimaat waar koersen worden gebruikt om je in de kijker van grotere teams te rijden. Waar druk om te presteren geen uitzondering is, maar een regel. De liefde voor de sport spat van Sven af als hij vertelt over trainingskampen. Zijn verhaal over een oefenwedstrijdje bergop, blijft me bij. Hij werd eraf gereden, hard ook. Maar in plaats van zijn hoofd te laten hangen, verscheen er een glimlach op zijn gezicht en kon hij nog dieper gaan. Hij besefte hoe mooi het wielrennen is: dat je door een vriend helemaal naar huis gereden kan worden. Elke vezel in je lichaam die tegenstribbelt bij de inspanning. Het privilege dat je op een trainingskamp mag, met jongens die allemaal dezelfde dromen hebben.
“Hoe je deze titel interpreteert is aan jou.” Zo luidt de eerste zin van het boek.
Een kleine stap terug naar het boek. Op de cover siert een prachtig landschap. Golvende wegen die bijna gemaakt lijken voor het vervoeren van een peloton. Het omvat zes kleine verhalen. Geen gepolijste omschrijvingen, gewoon de realiteit. Waarom schrijft Sven dit?
“Onder andere om ook de schaduwkant van topsport te laten zien.” Hij geeft aan dat er veel media aandacht is voor de profs, de geboren winnaars, de natuurtalenten, maar de renners die zich niet onder deze groep scharen, krijgen geen podium. Met name in de wereld van de Nieuwelingen en de Junioren gebeurt veel onder de radar. “Hoe het er echt bij ons aan toe gaat, dat weet niemand. Enkel de mensen die zelf in deze wereld zitten. Ik wilde mijn verhaal delen. Niets onder stoelen of banken schuiven.”
Sven is een trainingsbeest. Aan wattagemeters of hartslagbanden doet hij niet. Gewoon lekker fietsen. In een tijd waar Strava bijna net zo gewaardeerd wordt als uitslagen van de koers, kan Sven een ouderwetse renner worden genoemd. Een echte liefhebber van de sport.
“Hoe het er echt bij ons aan toe gaat, dat weet niemand. Enkel de mensen die zelf in deze wereld zitten. Ik wilde mijn verhaal delen. Niets onder stoelen of banken schuiven.”
“Hoe je deze titel interpreteert is aan jou.” Zo luidt de eerste zin van het boek. De titel van zijn boek kan slaan op de zware tijden binnen zijn leven als wielrenner. Daar wint hij geen doekjes om. In de zes hoofdstukken beschrijft hij het gevoel wat net-niet-winnaars onderscheidt van niet-winnaars. Maar ook de twijfels aan zijn eigen kunnen en gedachten van falen. Sven komt in de Zoom call echter op mij over als een vrolijke, nuchtere renner, die goed weet wat hij wilt. “De zware tijden horen erbij. De winters vind ik minder leuk, daar bereik ik wel vaker een dieptepunt. Dan heb ik er ook echt minder zin in.” Als ik daarop vraag hoe hij zichzelf dan toch weer de fiets op krijg om zijn trainingen te voltooien zegt hij: “Dat gaat bijna automatisch, ik doe het al zo lang.”
Pratend over motivatieproblemen, dieptepunten en trainen, komt Corona natuurlijk ook ter sprake. Ik vroeg Sven hoe hij het wegvallen van de wedstrijden heeft ervaren. Veel topsporters kampen met motivatie verlies en zoeken naar een nieuw identiteit zonder de wedstrijd prikkel en de mogelijkheid om zich te meten met anderen. Een relevant en populair thema tijdens de huidige corona-crisis. Collega Tim Koning schreef een mooi stuk hierover in Trouw. Zijn boodschap? “Zoek het normale tussen al het abnormale. Het enige waar je op dit moment invloed op hebt, is hoe je traint en de ontwikkeling die je daardoor maakt. Richt daar dus je aandacht op”.
“Hoe je deze titel interpreteert is aan jou.” Zo luidt de eerste zin van het boek.
Sven gaf in ons gesprek aan dat hij het wel even oke vond zo: zonder wedstrijden. Er kwam ruimte om dingen te doen die je normaal in je seizoen niet kan doen. Zoals het afspreken met vrienden. Het lichtpuntje, tijdens deze winter zonder seizoen in de benen, was de zaterdag. Op zaterdag mocht hij nog met de club fietsen. “Zonder dat had ik het denk ik niet overleefd. Het weekend bestaat uit koersen met je club en je trainingsmaten, gewoon plezier maken.” Fietsen met je maten, het mooiste wat er is. Sven begint in mijn oren nog meer te klinken als een liefhebber.
Sven schrijft in zijn boek over zijn wedstrijden, maar meent ze niet per se nodig te hebben. “Koersen zijn leermomenten, daar leer je waar je staat, waar je tegenaan loopt. Wedstrijden draaien niet om winnen. Ik heb laatst opgeteld hoeveel wedstrijden ik achter elkaar niet heb gewonnen. Dat zijn er ruim 1000, maar ik ben er niet ongelukkig door. Ik ben erachter gekomen dat winnen niet alles is.”
Buiten het fietsen om staat het slagen van de middelbare school op nummer 1 van de agenda.
Topsport is lang niet altijd leuk, het is hard werken en kan pijn doen. Ook het combineren van topsport met school en een sociaal leven, gaat niet altijd van een leien dakje. Keuzes moeten worden gemaakt. Zeker als je, zoals Sven, richting het studentenleven gaat. Dan is er ineens veel nog te ontdekken. Buiten het fietsen om staat het slagen van de middelbare school op nummer 1 van de agenda. Gymnasium, dat doet hij er ook “nog even” naast, je zou het haast vergeten.
Sven slaat zich door de obstakels heen, en rijdt elke dag met zijn fiets over
De weg waarvan je niets wist
De weg waarvan je niet wist dat je hem af kon leggen
De weg waarvan je alleen wist dat hij bestond
De weg waarvan je droomt
De weg waarmee je stoutste gedachten worden overstroomd
De weg waarop je hoopt
De weg waarmee je moed doogt
De weg waardoor je verder komt
Bedankt Sven voor je mooie boek en het openhartige gesprek. Ik ben benieuwd waar de weg je naar toe leidt.
Wil je weten hoe YAAP sporters helpt?
Inschrijven
nieuwsbrief
Blijf op de hoogte van de nieuwste blogs van YAAP en schrijf je in voor de nieuwsbrief